Vlaanderen
Klasse.be

Specialist

Grotere schoolbesturen: kan efficiëntie op mensenmaat?

  • 20 oktober 2020
  • 8 minuten lezen

Minder maar sterkere schoolbesturen is al enkele jaren een tendens in onderwijs. Maar als 1 bestuur meer scholen leidt, wat winnen en verliezen directeurs, leraren en leerlingen dan?

Van bijna 900 schoolbesturen naar ongeveer 500, het katholieke onderwijs lijnde de voorbije jaren stevig. Door die schaalvergroting wil het besturen optimaliseren en professionaliseren. Efficiëntiewinst maken en de onderwijskwaliteit verhogen, ook. Professor Geert Devos UGent begrijpt die tendens: “Schoolbesturen staan voor complexe maatschappelijke uitdagingen: hoe garandeer je kwaliteit als sociale ongelijkheid en diversiteit toenemen? Dat vraagt extra expertise van schoolbesturen, zonder dat de centen volgen.”

“Om schoolbesturen meer te professionaliseren, moet je ze verkleinen. Als minder mensen meer scholen besturen, kunnen zij strenger geselecteerd en meer voor hun taak vrijgesteld worden. Schaalvergroting biedt trouwens ook een antwoord op de belangrijke vraag waar schoolbesturen voldoende capabele mensen blijven vinden.”

Portret Geert De Vos
Geert De Vos: “Grotere schoolbesturen kunnen leraren beschermen en onderlinge concurrentie afvlakken”

Meer scholen onder een bestuur: voordelen

Minder schoolbesturen, sterkere bestuurders. Maar wat voelen directeurs en leraren van die bestuurlijk schaalvergroting? Professor Devos somt een reeks voordelen op: “Grotere schoolbesturen kunnen zelfstandiger hun leraren kiezen en voorrang geven in hun eigen scholen bij TADD of beschermen bij reaffectatie. Zeker als ze – de ideale wereld – samenvallen met de scholengemeenschappen. Essentieel blijft wel dat men de schoolautonomie respecteert en beseft dat leraren de schoolcultuur maken. Omdat die kostbaar is, moeten schoolbesturen proberen vermijden om nodeloos leraren uit te wisselen of over te plaatsen.”

“Daarnaast kan een schoolbestuur volgens het solidariteitsprincipe tijdelijk schuiven met middelen en jobs van leraren of administratief personeel beschermen als een school plots minder leerlingen telt. Bovendien kunnen scholen hun studieaanbod beter afstemmen en bestaat er onderling minder concurrentie. Scholen hoeven leerlingen niet krampachtig te oriënteren binnen hun eigen aanbod om het leerlingenaantal te beschermen, maar kunnen écht kijken naar hun talenten.”


Portret Geert De Vos
Nadia Robberechts – Directeur: “Het schoolbestuur huurt 1 fotograaf in voor al zijn scholen. Financieel interessant, maar daarmee zetten we onze dorpsfotograaf wel een beetje in de kou”

Basisschool De Minnestraal in Lebbeke stapte begin 2018 in een bestuurlijke schaalvergroting. De dorpsschool huist nu onder het bestuur van de Oscar Romeroscholen dat 14 scholen (5 secundair, 9 basis) en 7500 leerlingen telt. Toenmalig directeur Herman Vermeiren hoopte daardoor meer tijd te kopen om een pedagogische koers uit te stippelen en met zijn leraren bezig te zijn.

Iedereen stopt geld in de pot

Vandaag leidt directeur Nadia Robberechts de school. Ze bevestigt de woorden van haar voorganger, die door het schoolbestuur aangesteld werd als expert en ervaringsdeskundige infrastructuur: “Op een kleine school schieten die kerntaken er snel bij in. Je moet als directeur verbouwingen coördineren, de boekhouding bijhouden en je weg vinden in maatschappelijke uitdagingen en steeds complexere wetten. Vandaag kan ik infrastructuur en financiën zorgeloos afschuiven naar het schoolbestuur.. En er is een technische dienst die ons ondersteunt en klussen opknapt.”

Scholen kunnen niet als eilandjes naast elkaar blijven ploeteren. Maar een gedeelde bankrekening vraagt wel goede huisvaders- en moeders

Nadia Robberechts
Directeur

“Om die expertise te betalen, stopt iedereen geld in de pot volgens het solidariteitsprincipe: hoe groter de school, hoe groter de bijdrage. Vooral de scholen met het water aan de lippen of met dringende werken, gaan erop vooruit. Die hebben die extra middelen echt nodig. Een gedeelde bankrekening vraagt wel dat elke directeur als een goede huisvader of -moeder waakt over lekkende kranen en verwarmingen. Want als die blijven lopen tijdens de kerstvakantie, voel je dat niet langer in je eigen portefeuille.”

Afstand tussen school en bestuur

Na 2 jaar is Nadia Robberechts gematigd positief over de bestuurlijke schaalvergroting. Een logische evolutie, noemt ze het. Je kan niet als eilandjes naast elkaar blijven ploeteren. Maar ze ziet ook knipperlichten: “De afstand tussen school en schoolbestuur neemt toe. Zit je als directeur met een goed idee, dan duurt het wat langer voor je toestemming krijgt. Bovendien beleven directeurs en schoolbestuur de schaalvergroting anders. Vindt het bestuur de interne communicatie geslaagd, dan zien directeurs verbeterpunten. Gelukkig durft ons schoolbestuur alles op tafel leggen en stapt het de scholen binnen. Dat kan simpel gestimuleerd worden: waarom organiseren we alle vergaderingen niet wisselend op de verschillende scholen?”

Econoom Geert Noels, in een recent verleden lid van een scholenbestuur, stelt dat schaalvergroting kan als ze op mensenmaat blijft en leraren in hun klas en directeurs in hun school helpt omdat er meer expertise binnenkomt. En als starters met minder kopzorgen aan hun loopbaan kunnen timmeren.

Maar hij waarschuwt ook: “In alle sectoren raken we zo overtuigd van de tweeling groei en efficiëntie dat elke kritische noot ongepast lijkt. Nochtans zijn er ook nadelen: hoe meer scholen een schoolbestuur moet leiden, hoe vaker gesprekken over macht, procedures en kwaliteitscontrole de vergaderingen binnensluipen.”

“Terwijl de vergadertijd moet gaan naar het schoolproject of leraren aanwerven en coachen. En het onderwijsproject zelf: de kwaliteit van je lessen en de resultaten van je leerlingen. Want dat is de belangrijkste taak van het schoolbestuur: maken dat leraren en directeurs hun job in de best mogelijke omstandigheden kunnen doen. Door meer controle en procedures te installeren, 2 bijna onvermijdelijke gevolgen van schoolgrootte, riskeren ze het plezier en de vrijheid van leraren in te perken.”


Econoom Geert Noels
Geert Noels: “Als een bestuur geen band heeft met zijn leraren, wordt ‘authentiek’ snel ‘eigenzinnig’. Een buitenbeentje wekt dan wantrouwen.”

Authentieke of eigenzinnige leraren

“Zelf zat ik in de klas bij meester Vanderparre”, blikt Geert Noels terug. “Een sterke leraar en persoonlijkheid die terecht het volledige vertrouwen genoot van ouders. Hij gaf een schooljaar lang vol gas les op hoog niveau, pikte zelfs kwartiertjes van de middagpauze. In ruil trokken we vanaf mei meermaals op een zonnige dag op onze voetbalschoenen naar het park. Geen leerstof aan het bord, wel leren samenwerken, verantwoordelijkheid nemen, discussiëren. Maar ook: een voetbalmatch tussen de bomen, buiten zijn en mensenkennis opdoen.’

“Die sterke figuren vind je vandaag nog altijd voor de klas. Maar mogen ze dat nog dergelijke initiatieven nemen of raken ze verstrikt? Vandeparre had geen berg papier en procedures nodig om die middagen te organiseren. Iedereen kende hem, wist wat voor getalenteerde leraar hij was. Bijna al zijn tijd ging naar leerlingen en ouders.”

“Maar wat als een leraar dat vandaag doet? Als hij al door procedures spartelt van lesplannen en veiligheid, van schriftelijke goedkeuring van alle ouders, dan is de kans groot dat het schoolbestuur, als het zijn vele leraren niet persoonlijk kent, op de rem staat. Want als je geen band met je leraar hebt, wordt ‘authentiek’ snel ‘eigenzinnig’. Een buitenbeentje wekt dan wantrouwen. Zonde, want elk kind verdient leraren als Vandeparre die hun leerlingen door en door kennen, hun talenten detecteren en stimuleren.”

Dat bestuurders niet mogen vervreemden van hun leraren, leerlingen en ouders, vindt ook professor Devos. “Dat risico bestaat als er minder schoolbesturen zijn. Zeker als het schoolbestuur een bureaucratische machine wordt en de bezieling voor een project verliest.”

Hij wijst er net als Geert Noels op dat controle absoluut nodig is, maar niet mag leiden tot nieuwe controleorganen en extra regels en papierwerk voor leraren en directeurs. “Meer administratie kan niet de bedoeling zijn. Schoolbestuurders moeten altijd de reflex hebben dat ze daar niet voor zichzelf zitten, maar in functie van de leraren. Ze moeten een context creëren waarin leraren zich optimaal kunnen focussen op hun lessen en leerlingen.”

Nieuwsbrief Schooldirect op smartphone

Ontvang de nieuwsbrief Schooldirect

Altijd mee met onderwijsbeleid en regelgeving? Inspirerende voorbeelden, duiding en tips?
Elke dinsdag in je mailbox.

Schrijf je gratis in

Van grotere schaal naar grotere school?

In de gesprekken met het Oscar Romero-schoolbestuur formuleerde Herman Vermeiren twee breekpunten: zijn basisschool mocht zich niet verarmen en ook fusieplannen waren onbespreekbaar. De Minnestraal moest ook onder het centrale bestuur zijn school-onder- de-kerktoren-gevoel behouden”.

“Dat laat het schoolbestuur inderdaad toe”, beaamt Nadia Robberechts. Maar toch schuift er iets. “Een school houdt de lokale handelaars mee in leven. De fotograaf uit het dorp schiet sinds mensenheugenis onze klasfoto’s. Dit jaar huurde het bestuur 1 fotograaf in voor al zijn scholen. Het vergroot de winstmarge, maar we zetten de kindvriendelijke dorpsfotograaf wel een beetje in de kou. Hetzelfde verhaal voor catering. Een grootkeuken kan langs alle scholen toeren met warme maaltijden. Financieel interessant, maar een streep door onze samenwerking met de keuken van het rusthuis. En aankloppen om onze school te sponsoren, kan niet meer.”

Een fusie met andere scholen vreest Nadia niet. “Onze warme dorpsschool blijft bestaan.” Ook professor De Vos denkt dat schaalvergroting in basisonderwijs niet tot fusies en grotere scholen zal leiden. “Niemand wil grotere basisscholen, dat hebben alle spelers goed begrepen. Je kan ook fuseren, zonder de locatie te delen. In het secundair zie je wel soms schoolhervormingen. Scholen werden herschikt tot brede eerstegraadscampussen met daarop een bovenbouw. Vooral aso-scholen protesteren, bang om hun identiteit te verliezen in ruil voor een objectievere leerlingenoriëntatie. Daarom moet je leraren vooraf betrekken in fusiebesprekingen.”

Opgelet voor sociale kosten

In de huidige regelgeving zitten geen incentives om scholen te fuseren. Integendeel: ze wil de eigenheid van scholen respecteren. Toch waarschuwt Geert Noels. “Schoolbesturen zullen fusies overwegen. Van centrale schoolbesturen naar grotere scholen; het past in het efficiëntie-denken van managertypes. Ze zien alleen voordelen om 2 scholen met bijvoorbeeld de richting hout samen te brengen onder 1 dak. Klinkt logisch: meer machines, expertise en leerlingen netjes verzameld.”

“En ja, dat kost minder geld. Maar misschien hebben die 2 scholen 2 ijzersterke, uiteenlopende onderwijsvisies. En vinden leerlingen en ouders het fijn om te kunnen kiezen voor het project dat perfect past. Wil je zoon of dochter vooral beschermd of uitgedaagd worden? Wil je kind ontdekkend leren, klassiek of een specifiek talent ontwikkelen? Net de diversiteit in schoolprojecten en leraren is zo mooi.”

Noels vraagt – net als professor De Vos overigens – om elke efficiëntie-oefening af te wegen tegen de sociale kosten. “In alle sectoren nemen problemen zoals racisme, pesterijen en agressie toe als de taille van een bedrijf té groot wordt. Ook op scholen van een paar duizend leerlingen en honderden leraren zal dat het geval zijn. Mensen gedragen zich nu eenmaal anders in grote groepen. Ze kennen elkaar minder goed, zijn minder loyaal aan het onderwijsproject en steken zich sneller weg.”

“Amerikaans onderzoek stelt vast dat leerlingen zich minder goed voelen, elkaar vaker pesten en meer geweld plegen in grote scholen. Maar ook dat leraren minder respect krijgen en vaker thuis zitten met burn-out. Los van ligging in de stad of platteland, los van leerlingprofielen. Dat typische menselijke gedrag werd ook vastgesteld in andere sectoren. Die grafiek doet pijn aan de ogen. We moeten die langetermijneffecten van schaalvergroting in rekening nemen. Gecontroleerde groei kan nuttig en kostenbesparend zijn, maar bewaak dat je niet door het plafond breekt waarbij je meer verliest dan wint. Zeker in onderwijs en zorg.”

Bart De Wilde

Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels

Log in om te bewaren


Y

Yves Demaertelaere

19 oktober 2021

Op grote schaal scholen slim organiseren, anders veranderen met goesting houdt een pleidooi om op grotere schaal kleinschaligheid te organiseren, een evenwicht tussen efficiëntie en effectiviteit, op mensenmaat.
https://yvesdemaertelaere.com/2018/10/05/een-boek-over-klein-zijn-in-iets-groots/

Reageren

Laat een reactie achter