“Geleidelijk aan groeide ik als brug tussen leraren en directie”
Karin Vanrobays, beleidsondersteuner bij Sint‑Jozefsschool, Ieper
Zo doen zij het
Beleidsondersteuner op school: 3 keer anders
Sinds 1 januari 2022 kunnen basisscholen iemand aanstellen in het ambt van beleidsondersteuner. Die is veel meer dan het hulpje van de directeur. 3 voorbeelden van scholen die hun punten voor beleidsondersteuning optimaal benutten.
De vlinder
Karin Vanrobays: “De vele draaiboeken tijdens corona drukten ons met de neus op de feiten: dit kan een directeur niet meer alleen. Ik ondersteunde hem boven op mijn lesopdracht. Als een leraar in quarantaine moest, mailde ik bijvoorbeeld een vervangingsrooster naar het team. Ik probeerde een brug te zijn tussen het team en de directie. ‘Ik moet je snel nog iets vragen’, hoorde ik vaak wanneer we samen boterhammen aten.”
“Mijn takenpakket groeide systematisch. Ik analyseerde bijvoorbeeld de nieuwe wero-methode met plus- en minpunten. Op Smartschool kan het hele team die samenvatting nalezen. Verder verzorgde ik de bibliotheekwerking en organiseer ik werkgroepen, zoek achtergrondinfo en koop materiaal aan. Ik vlinder als het ware door de school en vang noden op. De directeur heeft genoeg andere katten te geselen. Hij bewaakt de pedagogische visie, leidt ons nieuwbouwtraject in goede banen, houdt het financiële en juridische luik in de gaten, ziet toe op brandpreventie …”
“Ons werk verloopt apart maar we koppelen naar elkaar terug. Met de zoco erbij vormen we een goede driewieler. Ons volgende speerpunt is klasdoorbrekend werken. In onze nieuwbouw hebben de klassen een dubbele deur en de gang werd een leerstraat. Maar zonder coördinatie en ondersteuning leidt die nieuwe organisatie tot onrust bij het team. Met een gezamenlijk overlegmoment tijdens het zwemuur, gedeelde online werkdocumenten en een wekelijkse briefing willen we leraren een veilig gevoel geven. Dat teamgevoel doen bloeien vind ik erg belangrijk, want dan voelen ouders dat je één school vormt.”
De tandem
“Mijn directeur en ik beschouwen elkaar als parallelcollega’s”
Veerle Plevoets, beleidsondersteuner bij Vrije basisschool De Bret, Genk
Veerle Plevoets: “Ik ben al sinds 2010 halftijds beleidsondersteuner op mijn school. Tussendoor was ik geregeld directeur ad interim, maar door een druk gezinsleven koos ik om niet voor die job te gaan. Heel fijn dat de directeur mijn expertise wel erkent. We werken samen als parallelcollega’s. Hij focust op het pedagogische, op bouwdossiers en algemeen dagelijks bestuur. Ik organiseer vooral: ik regel onder andere stages, uur- en toezichtroosters, schoolvoorstellingen, bibliotheekbezoeken, de schoolkrant, pastorale activiteiten, contacten met de poetsfirma … Daarnaast ben ik taalcoach en geef ik blind typen en zwemles.”
“Ik kom aan op hetzelfde uur als de leraren en neem evenveel toezichten op. Daarmee wil ik duidelijk maken dat ik niet boven hen sta. Ik ben hun aanspreekpunt en fikser: onverwachte problemen snel oplossen, daagt me uit. Want met 28 klassen op school gebeurt er elke dag wat. Tegelijk zit ik in het beleidsteam met zorgcoördinatoren van de lagere en kleuterschool, de preventieadviseur en de directeur. Samen stippelen we het beleid uit, maar de directeur heeft de eindverantwoordelijkheid.”
“Andere directeurs zeggen soms: ‘Toch gemakkelijk daar op De Bret: als de directie ziek wordt, neemt de beleidsondersteuner over.’ Vaak schakelen scholen dan de zorgcoördinator in. Jammer, want die is er voor de zorg van de kinderen, terwijl de beleidsondersteuner zich sowieso bezig houdt met organisatie en administratie. Op die momenten neem ik de plaats van de directeur niet in, maar voel ik me wel een beetje ‘huisbewaarder’. Collega’s mogen me 7 op 7 aan de mouw trekken.”
Iedereen beleidsondersteuner
“Een uurtje beleid in ieders rooster houdt elkeen verantwoordelijk”
Corine Steps, directeur in Boskesschool in Lokeren
Corine Steps: “Als nieuwe directeur voelde ik me hier snel thuis. De school is een goed geoliede machine dankzij de versnipperde uren beleidsondersteuning. Die zijn over verschillende leraren verdeeld. Hun taken zijn erg afgebakend: we hebben een collega ‘Festiviteiten’, een deskundige in taalbeleid, een boekenwurm die de bib up-to-date houdt, een specialist ‘preventie’ en een ‘ICT-expert’. Ze vinden het fijn om een interesse uit te diepen en ik kijk met ontzag naar mijn zelfsturend team.”
“Hier hoef ik als directeur niet meer op zoek naar een Sint in mijn kennissenkring. Ik heb tijd voor de kern: zelfzorg en welzijn van leraren, leerlijnen uitschrijven, het financieel en materieel beleid … De leraren zitten zelf werkgroepen voor. Er is meer gedeelde verantwoordelijkheid en gedragenheid omdat iedereen op zijn manier meedenkt met het beleid. Dat medezeggenschap waarderen ze.”
“Verdwijnen leraren lager dan een uurtje per week uit de klas? Dat kan, dankzij onze parallelklassen. We hebben ook een leraar-invaller die de viervijfdewerkweken van collega’s opvangt. Die kan ik ook een uurtje de klas van een collega laten overnemen, zodat de leraar eens op taalbeleid kan focussen. Op Google Drive centraliseren we het versnipperde werk, zodat iedereen mee kan volgen. Ik zou geen andere organisatie meer willen.”
Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels
Log in om te bewaren
Laat een reactie achter