Specialist
Smartphoneverbod op school: “Niets doen was geen optie”
Vanaf 1 september 2025 verstrengt het beleid rond smartphones en andere ‘slimme’ apparaten, in lager én in secundair. Expert Lieven De Marez (UGent) wikt de voordelen van het smartphoneverbod op school: “We willen 18-jarigen afleveren die weerbaar naar de werkvloer en het hoger onderwijs stappen.”
Lieven De Marez, professor media, innovatie en communicatietechnologie (UGent): “De voorbije jaren zag je al een duidelijke evolutie: scholen sprongen strenger om met smartphones. Niet verwonderlijk dat heel wat leraren zich konden vinden in de voordelen van een smartphoneverbod. Ook al omdat het voor duidelijkheid zorgt en iedereen weer op één lijn zit.”
“Ik pleit er al langer voor om het smartphonegebruik van jongeren op school af te bakenen in tijd en ruimte. Zodat leerlingen minstens enkele uren niet blootgesteld worden aan de afleiding van hun schermpjes. Blij dat dat inzicht stapsgewijs in onze samenleving binnensijpelde.”
“Toegegeven: ook ik stelde mijn visie stap voor stap bij. Met maatschappelijke evoluties die zo snel gaan, is dat ‘voortschrijdend inzicht’ niet zo gek: op amper één generatie gingen we van een vaste telefoonlijn voor het hele gezin naar een smartphone in elke broekzak. Plots moesten volwassenen zelf hun weg zoeken in die nieuwe wereld en tegelijk ook hun kinderen grenzen bieden. Logisch dat we in snelheid gepakt werden en aanvankelijk onderschat hebben wat er op ons afkwam.”
▶︎ Smartphoneverbod in de praktijk: hoe doe je dat?.
Zijn we ons nu wél voldoende bewust van de gevaren van smartphones?
Lieven De Marez: “Het aantal mensen dat zijn eigen smartphonegebruik en dat van anderen problematisch vindt, steeg de voorbije jaren exponentieel. Dat blijkt ook uit de meest recente Digimeter: in 2019 vond 47% van de 18- tot 24-jarigen dat ze te veel tijd aan hun smartphone spenderen. Vandaag is dat al 68%. 49% van hen voelt zich verslaafd, wat een stijging is met 20% ten opzichte van 2019.”
“Maar liefst 75% van de jongeren in die leeftijdscategorie zegt met hun smartphonegebruik te worstelen. De Digimeter bevraagt geen minderjarigen. Maar de cijfers bij de schoolgaande jeugd liggen wellicht in dezelfde lijn. Als ik in scholen kom, begin ik mijn lezing altijd met dezelfde vraag: ‘Wie vindt zijn smartphonegebruik problematisch?’ Dan gaan de meeste handen de lucht in.”
“Veel mensen voelen dat ze ergens afhankelijk zijn, en willen daar wat aan doen. Vergelijk het met een hond die te weinig training kreeg en je overal volgt. Die aan tafel zit, mee achter het stuur kruipt, de slaapkamer binnendringt en tegen je opspringt als je met de buurvrouw wil kletsen. Als je die hond goed africht, weet hij wanneer hij in zijn mand moet. Doe je dat niet, dan zuigt die alle aandacht naar zich toe.”
Los je dat op met een smartphoneverbod?
Lieven De Marez: “Een boek lezen, een voorstelling bijwonen of een film uitkijken: veel jongeren vinden dat vandaag al lastig omdat ze zo gewend zijn om hun focus voortdurend te verleggen naar berichtjes op Snapchat, of te scrollen van de ene reel naar de andere korte TikTok-video. En dat net in de levensfase waarin hun prefrontale cortex zich ontwikkelt: het deel van je brein dat je leert om je te concentreren en hoofd- van bijzaak te onderscheiden.”
“Focus is zoals een spier die je moet trainen. We moeten erover waken dat leerlingen elke dag enkele aandachtsblokken hebben waarin ze niet afgeleid worden. Een smartphoneverbod heeft als voordeel dat je meer rust op school installeert. Al zien we ook een waterbedeffect: wie schermtijd moet opgeven tijdens de schooluren, haalt dat vaak in na schooltijd. We vrijwaren dus enerzijds onderwijstijd, maar anderzijds komt de tijd na school nog meer onder druk.”
“Als onderzoeker moet ik daarom voorzichtig blijven. Net omdat de technologische evolutie zo snel gaat, is onderzoek ook pril. En dus is het moeilijk om met data hard te maken dat een verbod zal leiden tot leerwinst. Of nu al te garanderen dat een verbod een positieve impact zal hebben op het mentaal welzijn van leerlingen. Maar afwachten en niets doen, was geen optie.”

Wat met stemmen die zeggen dat we overreageren?
Lieven De Marez: “De eerste computer, het internet, games: bij elke technologische revolutie kwamen onheilsprofeten verkondigen dat de ondergang van de mensheid op til was. Maar smartphones en social media zijn een ander verhaal, omdat die zo sterk inspelen op onze menselijke kwetsbaarheid.”
“Je gaat op je smartphone niet op zoek naar materiële bezittingen, maar naar verhalen die je intrigeren, gesprekken met mensen die je mist of likes van je omgeving. Sociale bevestiging waar net jongeren zo naar hunkeren. Je vindt er geluk, of dat denkt je brein alleszins. Elke keer als je je smartphone oppikt, krijg je een dopamineshot – een korte opstoot van gelukshormoon – en meteen daarna een dip. Waardoor je snakt naar een nieuw shot, en net als een junkie steeds hogere dosissen nodig hebt.”
Hoe leren we jongeren om daarmee om te gaan?
Lieven De Marez: “De meeste mensen leggen zichzelf regeltjes op en denken dat ze hun smartphonegebruik in de hand hebben. Tegelijk merken we dat die beperkingen niet echt werken. Net zoals afspraken die de werkgever installeert, of de one size fits all-aanpak uit digitale detox-boeken. Wat je nodig hebt, is inzicht in je eigen gedrag, je digitale DNA.”
“Hoeveel pick-ups heb je per dag, hoe vaak grijp je naar je smartphone? Welke apps gebruik je vooral? Wanneer? Heb je last van fantoomtrillingen, het idee dat je een melding kreeg terwijl dat niet zo is? Welke ’treintjes’ gebruik je: welke app open je eerst, en op welke stap je daarna bij altijd over? De meeste mensen hebben zulke gedragspatronen.”
“We ontwikkelden MobileDNA, een app die je digitale DNA in kaart brengt. Als ik naar scholen ga, vraag ik leerlingen en leraren om die vooraf te installeren. De resultaten verwerk ik in mijn lezing. Een meisje dat bijna 10 uur per dag met haar scherm bezig is. Een jongen die op elk vrij moment gamet. Een student die dénkt dat hij 8 uur efficiënt blokt maar toch 1,5 uur YouTube kijkt of een leraar die 10 keer per dag zijn Smartschool-berichten leest en dan telkens uitgebreid door Instagram scrollt: de meeste mensen onderschatten hun gebruik.”
“Het is verrassend hoe kritisch jongeren voor zichzelf kunnen zijn als ze de resultaten zien. Pas als ze hun eigen gedrag analyseren, kunnen ze er wat aan doen. Soms is dat heel eenvoudig: haal een bepaalde app van je smartphone en de aantrekkingskracht verdwijnt.”
Wat kan je als school betekenen?
Lieven De Marez: “Om even terug te komen op die hond van daarnet: soms moet die in zijn mand. Bij 12-jarigen moet je gewoon een verbod opleggen. Anders kiezen ze op de speelplaats hun schermpje boven sociale interactie en halen ze in de les voortdurend hun toestel boven. Maar je wil wel 18-jarigen afleveren die met de verleidingen kunnen omgaan en weerbaar naar de werkvloer en het hoger onderwijs stappen.”
“Daarom vind ik het goed dat scholen in de derde graad secundair meer vrijheid krijgen om de regels zelf in te vullen. Bekijk hoe je oudere leerlingen gradueel meer autonomie kan geven. Op de speelplaats is dat lastig als ze die plek delen met jongere leerlingen. Maar tijdens andere pauzemomenten of tijdens lessen kan je hen wel dat begeleide oefenmoment bieden.”
Nemen laptops straks de rol van afleider in de klas niet gewoon over?
Lieven De Marez: “Dat gevaar bestaat. Leerlingen weten perfect hoe ze mobiele apps op hun laptop installeren. Als we digitale afleiding willen inperken, mogen we de laptops niet uit het oog verliezen. Tegelijk ligt daar een kans om leerlingen inzicht te bieden in hun gedrag: hoe vaak dwaal ik af als ik informatie zoek op het internet? Tijdens welke les klik ik het vaakst mijn tekstverwerker weg om een video te bekijken op YouTube? Op welk moment van de dag zit ik het vaakst te chatten?”
“Als we manieren vinden om die feedback te automatiseren, maak je het takenpakket van de leraar niet zwaarder. En krijgen je leerlingen intussen de kans om hun gedrag zelf te leren reguleren. Een enorme meerwaarde als ze straks in hun eentje aan de verleidingen van smartphones en laptops moeten weerstaan.”
Je leerlingen kritisch naar hun smartphonegebruik helpen kijken? Wie een Android-telefoon heeft, kan met de app van Mobile DNA aan de slag.
Log in om te bewaren
Laat een reactie achter