Vlaanderen
Klasse.be

Zo doen zij het

Samen op leerwandeling

  • 23 september 2025
  • 4 minuten lezen

Wat doe je als de leerwinst in je klas achterblijft? Het team van basisschool De Luchtballon in Merksem professionaliseert met EDI en leerwandelingen haar didactische aanpak stap voor stap.

Jef Loots, leraar zesde leerjaar: “In 2018 voelde ik me vaak een jongleur in mijn eigen klas. Onze focus lag toen sterk op zelfsturend leren: ik probeerde elke leerling op maat te bedienen, gaf iedereen apart korte instructies en differentieerde soms op 10 niveaus tegelijk. Maar een leraar heeft maar 2 ogen en 2 handen – dat werd onhoudbaar. Het vroeg massa’s voorbereiding, leerwinst bleef uit en de kloof tussen leerlingen groeide.”

Joeri Wauters, directeur: “Uit frustratie ging Jef op zoek naar alternatieven, en stootte hij op een veelbelovend lesmodel: Expliciete Directe Instructie (EDI). Omdat heel wat collega’s de bezorgdheden van Jef deelden, gaven we hem de ruimte om zich te verdiepen in de EDI-materie. Binnen het kernteam nam hij als trekker het voortouw.”

Eerst testen, dan delen

Jef: “Ik las boeken, artikels, praktijkvoorbeelden. En vertaalde de theorie naar kleine ingrepen in mijn klaspraktijk: cold calling, wisbordjes, lesfasen structureren … ik zag de betrokkenheid van
mijn leerlingen toenemen
en kreeg ook makkelijker zicht op waar ze stonden.”

“Mijn vertrouwen groeide, in dit nieuwe lesmodel én in mezelf als
leraar. Die energie werkte aanstekelijk. Samen met het kernteam
besloten we om verder te gaan: hoe konden we EDI verankeren in onze school? We stapten in een tweejarig traject van OVSG en Stedelijk Onderwijs Antwerpen, met begeleiding om die uitrol waar te maken.”

Leraar Jef en directeur Joeri doen een leerwandeling
Directeur Joeri Wauters en leraar Jef Loots: “Leerwandelingen versterken onze opendeurcultuur.”

Leerwandeling gaat stap voor stap

Joeri: “Tijdens personeelsvergaderingen brak Jef het EDI-handboek op in hapklare brokken. We begonnen klein: vanaf nu schrijft iedereen het lesdoel op het bord. Volgende stap: ervaringen uitwisselen. Wat doet die aanpassing met je les? Waar merk je verschil? Werkt het? Zo groeide het hele team mee.”

“EDI was geen vrijblijvende oefening, maar een bewuste keuze die we samen maakten. Daarom ging ik ook in elke klas kijken. Uit die kleine bezoekjes groeiden structurele leermomenten waarbij leraren bij elkaar op klasbezoek gingen: onze leerwandelingen.”

Kijken in elkaars klas

Jef: “Het concept? In kleine, willekeurige groepjes stappen we 5 à 10 minuten binnen in de klas van een collega. Niet om elkaar te evalueren, maar om te observeren. We gebruiken een eenvoudig lijstje met concrete checks en we turven: deelt de leraar willekeurig beurten uit? Geeft die voldoende denktijd bij een vraag? Lokt die interactie uit met schoudermaatjes?”  

Joeri: “Zo zien we in een oogopslag waar we als team sterk staan, en waar nog groeikansen liggen. Dat resultaat koppelen we niet terug naar de individuele leraar, maar naar de groep. Zo hou je een veilig en positief klimaat. Je viseert niemand. Bijvoorbeeld: in 80 procent van de klassen zien we dat cold calling toegepast wordt.”  

Jef: “Een leerwandeling is vooral een laagdrempelige manier om van elkaar te leren. Intussen deden we ook een wandeling rond groeigerichte feedback, executieve functies, spreekkansen of klasinrichting. Je pikt altijd wel een idee op, of je proeft even de sfeer in een andere klas. Dat versterkt onze opendeurcultuur: we weten elkaar hier te vinden.”  

Directeur Joeri gebruikt een leerwandeling om zijn leraren beter te leren kennen
Directeur Joeri: “Grotere vernieuwingen maken we heel zichtbaar op school.”

Als het moet blijven plakken

Jef: “Als leraar kan je op zoveel vlakken bijleren. En elke collega heeft ook eigen noden en interesses. Valkuil: een wildgroei aan trajecten. Dat vermijd je enkel met een sterk professionaliseringsplan. Deels in functie van de grote thema’s die we aanpakken, deels op basis van noden die het team aangeeft. Met voor elke leraar die naar een vorming trekt de nadrukkelijke vraag: hoe vertaal je dit straks naar je collega’s?”  

“Starters begeleiden we zelf: ze kunnen hier op school nog zóveel leren. Bovendien nemen externe vormingen een flinke hap uit je nascholingsbudget. Middelen die je eerst besteedt aan de mensen van wie je zeker weet dat ze nog jaren in je school rondlopen.”

Joeri: “Tweede valkuil: enthousiaste ideeën die na een tijdje een stille dood sterven. Daarom maken we grotere vernieuwingen heel zichtbaar op school, zodat elk teamlid weet waar we staan. Geen dikke ringmap in de kast van de directeur, wel een whiteboard in de lerarenkamer.” 

“Wat is ons doel, wie is betrokken, wat is onze volgende actie? Met post-its maken we zichtbaar wat succesvol is en wat beter kan. Wat we borgen en net zo goed wat we even parkeren. Als ouders aan 3 verschillende leraren iets vragen, krijgen ze 3 keer hetzelfde antwoord. Dat merkte de inspectie ook op: bij de doorlichting kleurde onze werking op veel vlakken groen.” 

Spiegeltje, spiegeltje

Jef: “Wat ik fantastisch vind: je voelt bij elke collega de bereidheid om te blijven leren. We beseffen allemaal dat je als leraar nooit ‘af’ bent. Ieder op zijn manier: sommige collega’s volgen vol enthousiasme nascholingen en delen die frisse inzichten op een vast moment tijdens de personeelsvergadering.” 

Joeri: “Anderen laten hun klas minder snel achter voor een opleiding en blijven liever dicht bij hun leerlingen. Beide zijn onmisbaar om je school te laten draaien. Zolang we maar samen in de spiegel blijven kijken.” 

Simon Verbist

Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels

Log in om te bewaren


Laat een reactie achter