Vlaanderen
Klasse.be

Zo doen zij het

“Begrip tonen voor gescheiden gezinnen loont”

  • 19 maart 2024
  • 7 minuten lezen

Directeur Lieve van GO! De Lettertuin sleutelt al jaren aan een scheidingsvriendelijk beleid. Omdat 1 op de 4 leerlingen in Vlaanderen in een gescheiden gezin leeft. En omdat zij weet hoe dat voelt. “Slechts 1 moederdagcadeau maken als je ook je plusmama graag ziet? Die tweestrijd onderschatten we soms nog.” 

Directeur Lieve van GO! De Lettertuin sleutelt al 19 jaar aan een scheidingsvriendelijk beleid.
Directeur Lieve: “Door begrip te tonen, neem je stress weg. Tegelijkertijd begrens ik duidelijk: ruziemaken met kinderen in de buurt, staan we niet toe op onze school.”

Lieve Venken, directeur GO! basisschool De Lettertuin in Opglabbeek: “Ik weet perfect wat kinderen van gescheiden gezinnen doormaken. Mijn ouders zijn gescheiden toen ik in het vijfde leerjaar zat. Een kind van 11 begrijpt de situatie en is zelfstandig genoeg om te compenseren voor een gebrek aan structuur, toch? Mensen gingen en gaan daar soms vanuit. Maar zo voelde het toen absoluut niet. Op die leeftijd begreep ik veel niet. En compenseren voor een gebrek aan structuur doen kinderen inderdaad. Maar is dat hun taak?” 

“De scheiding van mijn ouders verliep zonder getouwtrek. Ze bleven ook positief over elkaar. De scheidingsregeling was simpel: geen co-ouderschap, maar 1 vast adres. Ik woonde bij mijn papa en ging elke woensdagnamiddag naar mijn mama. Met mijn plusmama had en heb ik een heel goede band. Toch herinner ik me die periode als gespannen en complex in mijn hoofd.” 

Is vroeger passé?

Lieve: “Dat lag voor een stuk aan de tijdsgeest. Begin jaren 70 waren scheidingen een groot taboe. Mijn zus en ik waren op school de enige kinderen van gescheiden ouders. Ik denk zelfs dat onze school niet eens op de hoogte was van de scheiding. Op woensdagmiddag mochten we naar mama als ons huiswerk af was. Als je dat als school weet, geef je misschien toch wat minder taken.”

“Maar ook mijn loyaliteit zorgde voor moeilijke momenten. Op Moederdag, bijvoorbeeld. In de klas werkten we aan een cadeautje. Eerst: kinderlijke trots. Vlak daarna: hartverscheurende tweestrijd. Aan wie geef ik het nu? Kies ik mijn biologische mama of mijn plusmama, die ik ook graag zie? Vragen om een tweede cadeautje kwam toen niet in me op. Ik voelde – of leidde uit het stilzwijgen af – dat dat not done was. De juf schofferen? Een braaf meisje als ik slikte de dubio dan liever door. Ook dat is loyaliteit.”   

“Nu is het gelukkig anders. Gescheiden ouders communiceren doorgaans vlot met de school en veel scholen houden rekening met gescheiden gezinnen. Van een groot maatschappelijk taboe kan je niet meer spreken. Maar we onderschatten die loyaliteit nog. Of we komen er als maatschappij en school alleszins nog onvoldoende aan tegemoet.” 

“Wat ik merkte: er is een groot verschil tussen de vraag van een gescheiden ouder inwilligen en toewerken naar een scheidingsvriendelijk klimaat, ongeacht die vraag. In het eerste scenario verwacht je van ouders dat ze tijd en moed bijeenschrapen om voor zichzelf en hun kinderen op te komen. Op een moment dat je leven op z’n kop staat, is dat niet vanzelfsprekend. Wie die moed of tijd niet vindt, bereik je niet. In het tweede scenario neem je de drempels weg: ouders moeten tijd noch moed zoeken. Ze kennen het standpunt van de school; ze weten dat die er voor hen is.” 

Begin klein

Lieve: “Ik zeg bewust ‘toewerken naar’, want een scheidingsvriendelijk beleid staat er niet op 1-2-3. Praktische beslommeringen, communicatie, je team overtuigen: het vraagt omdenken en tijd. Dus startten we klein en bouwden de voorbije 19 jaar langzaam op.”   

“Actie 1: Vader- en Moederdag. Toen ik als kersverse directeur startte, zag ik een vaderdagcadeau voor een overleden papa. Dat mijn team daar oog voor had, voelde meteen goed: deze school past bij mij. Maar een cadeau voor plusouders? ‘Elk kind heeft maar 1 échte mama en papa’, was de heersende mening.” 

“Met mijn eigen moederdagverhaal overtuigde ik mijn team om het toch een kans te geven. Met succes! Nu versturen we een brief waarin ouders aangeven of ze 1 of meerdere moeder- en vaderdaggeschenken willen. Jammer dat voor die omslag zo’n verhaal nodig is? Nee, logisch. Wie uit een warm nest komt, heeft over zulke dingen – gelukkig – nog nooit moeten nadenken.”

“Actie 2: het grootouderfeest hervormen. Een maximumaantal opleggen vanwege organisatorische beperkingen voelde als de omgekeerde wereld. Een grootouderfeest draait om verbinding. Mensen verplichten een selectie van grootouders te maken, of mensen die op gespannen voet leven naast elkaar aan tafel zetten, dat draagt niemand iets bij.”  

“Nu vragen we ouders ruim op voorhand hoeveel (over)(groot)ouders willen komen. En of bepaalde mensen best niet aan dezelfde tafel zitten. We zorgen dat er genoeg plaats is en maken een tafelschikking. Op de dag zelf zien we erop toe dat kinderen met familie aan meerdere tafels tijd spenderen met iedereen. Meer organisatiewerk, maar minder spanning op de dag zelf, of in de familie achteraf.”

Directeur Lieve Venken speelt een bordspel samen met leerlingen
Directeur Lieve: “Een laagdrempelige praatcultuur is cruciaal. Ouders en leerlingen moeten weten én voelen dat er altijd ruimte is voor een gesprek.”

En win duurzaam terrein

Lieve: “Voor die eerste 2 acties moest ik, ook bij ouders, mijn overtuigingskracht bovenhalen. Dat ideeën daardoor niet zo snel in de praktijk komen, frustreert soms. Maar ons trager tempo loonde: latere acties – zoals de dubbele schoolfoto’s en brieven en de gesplitste facturen – botsten niet langer op weerstand. Leraren zagen er het nut van in. Zelfs bij de dubbele rapporten, CLB-vragenlijsten, zorggesprekken en oudercontacten, die de werkdruk van leraren, zorgbegeleiders en secretariaatsmedewerkers toch verhogen.”

“We bieden ouders meestal 3 opties: 1 ouder- of zorgcontact op school samen, een combinatie van online en op school of 2 aparte op school. Ook mogen plusouders – mits beide ouders dat goedkeuren – erbij. We waren een beetje bang voor een hoop extra oudercontacten, maar merken net een omgekeerd effect: in vergelijking met vroeger komen steeds meer ouders samen.” 

“Ik geloof dat ons scheidingsvriendelijk klimaat daar voor iets tussen zit. Een scheiding loopt vaak, zeker in het begin, moeilijker dan ouders willen. Ze zoeken voor hun kinderen de snelste weg naar een staakt-het-vuren. Maar in een overspannen context gaat dat vaak moeizaam. Net daar ligt de kracht van een scheidingsvriendelijk beleid: door begrip te tonen, neem je stress weg en creëer je meer ruimte voor herstel in gescheiden gezinnen. De impact van je inspanningen is niet altijd meteen voelbaar, maar wel van onschatbare waarde.” 

Praat crisis weg

Lieve: “Ouders in conflict aan de schoolpoort of op de speelplaats terwijl er kinderen bij zijn? Daar vinden mensen soms moeilijk begrip voor. En toch kan het ieder van ons overkomen. Uiteenlopende visies over opvoeding, je leven voor een groot stuk opnieuw moeten inrichten, miscommunicaties, verwijten: een scheiding kan je ontregelen.”

“Wat wij in zulke crisissituaties doen: een leraar ontfermt zich over het kind, ik vang de ouders op. Ik erken dat hun situatie niet makkelijk is: ‘Ik ben zelf ook gescheiden, ik begrijp jullie frustraties’. Tegelijkertijd begrens ik duidelijk: ‘Ruziemaken op de speelplaats met kinderen in de buurt, staan we niet toe op onze school.’ Daarna ga ik in gesprek: ‘Heeft de spanning tussen jullie met jullie kind te maken?’, ‘Wat kan de school doen om druk weg te nemen?’” 

“Cruciale voorwaarden: een goede band met de ouders. Ik zet daar vanaf de inschrijving op in. Die doe ik bewust voor 90% zelf. Zo leer ik de ouders meteen kennen. Ik druk ouders ook regelmatig op het hart dat ik bereikbaar ben via verschillende kanalen: van professionele e-mail over persoonlijke sociale media tot fysiek op school. ‘WhatsApp me als je meer informatie hebt over het vonnis, hé.’ Of: ‘Spring gerust een keer in mijn bureau binnen.’ En als ik van hen niets hoor, pols ik actief. Bijvoorbeeld een berichtje via Facebook Messenger als ik zie dat ze reageren op een foto van hun kind: ‘Hé, fijn dat je de foto leuk vindt. Hoe gaat het intussen thuis?’” 

“Die laagdrempelig praatcultuur trekken we ook door naar de leerlingen. Die weten dat er altijd ruimte is voor een zorggesprekje met hun klasleraar, de zorgcoördinator of mij. En ze mogen ook een vertrouwenspersoon kiezen, bijvoorbeeld hun klasleraar van het vorige jaar waar ze een goede band mee hebben.”

“Hoe ze weten dat we luisteren? Door de schouderklopjes en complimentjes, door de informele vragen die we op de speelplaats, tijdens het kringgesprek of in de refter stellen: ‘Was je dit weekend bij papa? Was het leuk bij mama?’ Door de kans die ze krijgen om ook iets te maken voor hun pluspapa. Door hoe we ons grootouderfeest openstellen voor hun hele familie. En door op de hoogte te zijn van de verblijfsregeling en daar rekening mee te houden. Geen turnzak bij? Huiswerk vergeten? Op wisseldagen zit soms ruis. Dat weten we.” 

Maar niet aan de schoolpoort

Lieve: Neutraliteit is nog een belangrijke sleutel voor een veilig klimaat. Weten wanneer je wat kan bespreken: naar een vonnis vragen, doe je niet aan de schoolpoort. Voor je het weet, vangt iemand iets op, schaad je de privacy van een gezin en veroorzaak je een vertrouwensbreuk. Zoiets bespreken we constructief tijdens een oudercontact of zorggesprek. Veiligheid is superbelangrijk, want enkel dan durven ouders en kinderen open te communiceren.” 

“Neutraliteit betekent ook: niet oordelen. We weten nooit exact hoe een situatie in elkaar zit als we er niet zelf bij waren. Creëer die reflex bij jezelf. Buig ‘dat kan toch niet’ om naar ‘waarom zou die dat doen?’”

Tine Jellasics

Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels

Log in om te bewaren


Laat een reactie achter