Vlaanderen
Klasse.be

Duiding

Growth mindset: hype of wondermiddel?

  • 2 december 2025
  • 12 minuten lezen

Is ‘growth mindset’ niet meer dan een hype? Of een wondermiddel om elke leerling boven zichzelf te laten uitstijgen? Cognitief psycholoog Wouter Duyck, onderzoeker Naomi de Ruiter en directeur Marie Van Driessche duiden valkuilen en kansen.

Jaren 80 van de vorige eeuw. Carol Dweck, professor psychologie aan Stanford University, waagt zich aan een fascinerend experiment met schoolkinderen. Een groep 10- tot 12-jarigen wordt in 2 groepen verdeeld en legt een test af.

Alle kinderen krijgen te horen dat ze prima scoorden. De kinderen uit de eerste groep worden – ‘wat ben jij slim!’ – geprezen om hun intelligentie. In de tweede groep feliciteren de onderzoekers de kinderen met hun inzet. Want dat mooie resultaat, zo krijgen ze te horen, hebben ze te danken aan hun harde werk.

Na die feedback krijgen beide groepen nieuwe taken, waarbij ze zelf mogen kiezen hoe uitdagend ze die maken. Wat blijkt? De kinderen die een compliment krijgen over hun inzet, zijn veel meer bereid om moeite te doen én kiezen opdrachten die een uitdaging vormen. De groep met de zogenaamde slimmeriken speelt op safe. Zij houden het bij opdrachten waarop ze goed kunnen scoren, maar niet meteen veel van opsteken. 

Dwecks conclusie: wie gelooft dat succes te maken heeft met wie je bent, heeft schrik om fouten te maken, speelt op veilig en groeit niet. Wie ervan overtuigd is dat succes voortkomt uit wat je doet, is meer geneigd om zijn best te doen en zal dus ook succesvoller zijn.

Ze komt met de termen ‘fixed’ en ‘growth’ mindset op de proppen: het geloof dat intelligentie vastligt, versus de overtuiging dat intelligentie kneedbaar is en je dus slimmer kan worden door te leren en door te zetten. Of hoe we leerlingen moeten leren dat ‘ik kan het niet’ eigenlijk moet zijn: ‘ik kan het nog niet’. En dat een fout geen mislukking is, maar een gouden kans om bij te leren.

Trap in een school met spreuken over Growth mindset
Wouter Duyck: “Wat heb je te zoeken in onderwijs als je er niet rotsvast van overtuigd bent dat elk kind kan groeien?”

Zesjes

Het idee dat je door te geloven in groei ook effectief meer bereikt, sloeg aan. In de VS, heimat van the American dream, en ver daarbuiten. Met ‘Mindset. Verander je manier van denken om je doelen te behalen’ scoorde Carol Dweck een wereldwijde bestseller. In haar zog volgde een miljoenenbusiness aan mindsettrainingen en zelfhulpboeken die de hemel beloofden aan wie in zichzelf durfde te geloven. 

“Ik was ook instant enthousiast over het concept en de hype van growth mindset”, herinnert cognitief psycholoog Wouter Duyck (UGent) zich. “Want wie kan daar nu tegen zijn? Zeker als leraar: wat heb je te zoeken in onderwijs als je er niet rotsvast van overtuigd bent dat elk kind kan groeien?”

“Bovendien sloot growth mindset aan bij mijn overtuiging dat het wel wat meer mag zijn in ons onderwijs. Dat we vanuit een zorgreflex al te vaak onbedoeld in een ‘zesjescultuur’ verzanden. En op die manier kinderen kansen ontzeggen omdat we er te snel vanuit gaan dat iets te hoog gegrepen is voor hen.” 

En dus volgde Duyck het onderzoek op de voet, retweette hij enthousiast de hoopgevende resultaten die je met een korte sessie over growth mindset kon bereiken. Van Peru tot Engeland: over de hele wereld gingen onderzoekers na of je met kleine interventies leerlingen de switch kan laten maken van ‘ik kan het niet’ naar ‘ik kan het nóg niet’. 

Directeur Marie Van Driessche deelt dat enthousiasme uit de begindagen: “Een vriendin uit de gezondheidszorg tipte me het boek van Dweck. Een echte eyeopener die me – toen nog als leraar – anders deed kijken naar mezelf, mijn 4 kinderen, mijn leerlingen en mijn collega’s. Ik was meteen gewonnen voor het idee en wou ermee aan de slag in VBS De Wante in Schorisse, de school waar ik directeur werd.”


directeur Marie Van Driessche over de valkuilen en kansen van Growth mindset

“Wij focussen op het proces. Wat niet betekent dat het product er niet toe doet”

Marie Van Driessche – directeur


Fouten maken moet

Intussen verschenen de eerste kritische studies die het aanvankelijke enthousiasme over de hype growth mindset temperden. Onderzoekers slaagden er niet zomaar in om het onderzoek van Dweck over te doen met dezelfde uitkomst. 

Sommigen zagen geen verband tussen het geloof in groei en resultaten, anderen ontdekten zelfs een negatieve impact. Had Dweck het bij het verkeerde eind? Werd ze fout begrepen? Of bleek een growth mindset minder eenvoudig te installeren dan gedacht? 

“Carol Dweck gaf zelf aan dat haar theorie soms verkeerd geïnterpreteerd werd”, duidt Naomi de Ruiter (Rijksuniversiteit Groningen), die zelf onderzoek deed naar growth mindset in de klas.”

“Zoals dat wel vaker gebeurt met theorieën die bij een breed publiek landen. Een voorbeeld van zo’n op hol geslagen interpretatie? De misvatting dat je leerlingen enkel mag prijzen voor hun inzet. En het er niet toe doet of ze het goed of fout deden. Dat dus enkel het proces telt, en niet het product.”

Directeur Marie Van Driessche countert dat misverstand. “Of je nu de tafels of de vervoeging van ‘avoir’ leert: het doel moet altijd vooropstaan. Fouten zijn interessant, maar wat telt, is dat je vlot kan vermenigvuldigen en je Franse werkwoorden correct gebruikt.”

“Wij focussen op het proces. Maar dat betekent niet het product er niet toe doet. We zeggen nog steeds of iets goed is of slecht. Alleen volgt telkens weer de vraag: hoe ben je daartoe gekomen? En: hoe kunnen we onze aanpak bijstellen om volgende keer nog beter te doen?”

“Growth mindset installeer je niet door uit te spreken dat je gelooft in de groei van je leerlingen, gauw een inspirerende quote boven de schoolpoort te hangen en een uurtje tijd te maken op een personeelsvergadering. Het is een manier om naar onderwijs te kijken, een visie die je elke dag opnieuw in werkelijkheid moet omzetten. Geen one shot dat je snel-snel introduceert bij je team en je leerlingen.”

Wouter Duyck knikt instemmend. “Daar wringt bij onderzoek soms het schoentje, lijkt me. Men focust op afgelijnde interventies: een korte test, een gebalde vorming. Om daarna te meten of dat een effect had op pakweg de slaagpercentages van leerlingen. Terwijl dat resultaat van zoveel factoren afhankelijk is, zoals school- en thuiscontext. En we heel voorzichtig moeten omspringen met oorzaak en gevolg, zeker bij ideeën of een hype zoals growth mindset die op het eerste gezicht zo aantrekkelijk lijken.”

“Sommige studies rond growth mindset zien geen effect, of zelfs een negatieve impact. Ander onderzoek legt wel een positief verband. Zo zag een interventie bij 12.000 studenten – amper 2 sessies van 30 minuten met o.a. een vragenlijst en info over de maakbaarheid van intelligentie en het belang van leerstrategieën – een stijging van de slaagpercentages met drie procent. Best indrukwekkend, maar onvoldoende om in ons onderwijs halsoverkop zulke interventies uit te rollen.”

breineducatie voor leerlingen

Paniek- comfort – en groeiland

In de discussie over growth mindset komt vaak een verwant begrip bovendrijven: hoge verwachtingen. “Eigenlijk de volgehouden, collectieve versie van een growth mindset”, linkt Wouter Duyck beide begrippen. “En wat we wél zeker weten uit onderzoek van onder meer John Hattie: wanneer je als team collectief en volgehouden hoge verwachtingen stelt, heeft dat zonder twijfel een positief effect op de leerprestaties van je leerlingen.”

Marie Van Driessche introduceerde haar team stap voor stap in de leer van growth mindset. Maar in de buurt van leerlingen vallen dure termen als growth en fixed mindset niet. De leerlingen krijgen wel breineducatie, vanaf de tweede kleuterklas tot het zesde leerjaar.

“Kinderen leren dat herhaling nodig is om iets te onthouden. Dat je aandacht kan trainen. En dat je de maaltafels vlot moet kennen om te vermijden dat je werkgeheugen overbelast raakt bij een vraagstuk. Broodnodige kennis als je hen wil doordringen van het idee dat elk kind kan groeien, dat intelligentie maakbaar is.”

“We ontwikkelden ook een gemeenschappelijke taal om over groei te praten: groeiland, comfortland en paniekland. Zodat we tijdens het leerproces kunnen benoemen waar het fout loopt. Soms trekken kinderen zich terug in comfortland en gaan ze uitdagingen uit de weg. Soms belanden ze in paniekland omdat de berg te hoog lijkt. Wij trekken naar groeiland, waar ze kritisch durven kijken naar hun leerproces en tegelijk succes kunnen ervaren.” 


Naomi de Ruiter over de valkuilen en kansen van Growth mindset

“Geef feedback op wat je ziet. Niet op wat je denkt”

Naomi de Ruiter – onderzoeker ontwikkelingspsychologie


Fixies en growies

Nog misverstanden rond de hype growth mindset? Naomi de Ruiter hekelt de testjes die je vertellen of je een fixie of een growie bent. “Uit het onderzoek dat ik voerde, konden we duidelijk besluiten dat die indeling kant noch wal raakt. Fixies en growies bestaan niet.”

“Dat je soms met een fixed mindset naar jezelf of anderen kijkt, betekent niet dat jij je leerlingen altijd zo benadert. En hoe overtuigd je ook bent van de groeikansen van elk van je leerlingen: als leraar onderschat je wel eens een kind of geef je onbewust het signaal aan die leerling dat je beperkte verwachtingen koestert.”

Een valkuil voor élke leraar, waarschuwt Marie Van Driessche: “Een groeimindset zit niet in grote woorden, maar in elk klein gebaar. Hoe je in de lerarenkamer over leerlingen praat. Je mimiek, de kleine interacties met je leerlingen.”

“Speel je elk kind eens een moeilijke vraag toe, ook de leerling van wie je misschien niet verwacht dat die het antwoord weet? Durf je even denktijd geven of doorbreek je de stilte en geef je het antwoord zelf weg? Signalen die we vaak zonder het zelf te beseffen aan onze leerlingen geven. En dus moet een growth mindset oprecht zijn. Doorleefd, en ingebakken in je hele team.”

Dat je als leraar een grote impact hebt op hoe je leerlingen naar groei kijken, klinkt logisch. Al kon Naomi de Ruiter wel een opvallende conclusie trekken uit haar onderzoek: “We maakten opnames van lessen en documenteerden alle interacties tussen leerlingen en leraren. Tot onze verrassing merkten we dat het vaak de inbreng van de leerling was die bepaalde hoe er over groei gesproken werd. Want als een leerling heel trots zegt: ‘ik ben zo blij met mijn cijfer voor Frans’, dan reageer je bijna automatisch met: ‘goed he!’”

“Op dat moment ga je ongemerkt mee in een fixed mindset. Alsof het cijfer het doel van de inspanning is. Blij zijn voor je leerling? Prima. Maar ongeacht het resultaat, zet je als leraar wel steeds de volgende stap: hoe heb je dat gedaan? Waarom ging het zo goed, of waar liep het fout? Daar zit de leerkans die dat kind bij de volgende toets nog verder brengt. Simpel gezegd: geef feedback op wat je ziet, niet op wat je denkt.”  

“De strategie die een kind hanteerde om dat vraagstuk op te lossen, de vraag die het stelde in de les, hoe het de woordenschat herhaalde: dat kan je zien”, knikt Marie Van Driessche. “Maar ‘jij bent slim in wiskunde’ of ‘wat een taalkrak ben jij’ zegt niets over de inspanning die een leerling leverde of de strategie die die toepaste. Niemand kan dat zien, niemand heeft er invloed op. En het motiveert leerlingen niet om door te bijten wanneer het eens tegenzit.” 

directeur Marie Van Driessche met kleuters op de speelplaats
Directeur Marie Van Driessche: “Dat je niet in alles goed kan zijn, mogen leerlingen best horen.”

Valse lof

Aan de hype growth mindset zitten blijkbaar best wel wat stekels. Een compliment op de inzet van een leerling is snel gemaakt. Maar wat als dat in het hoofd van een onzekere tiener klinkt als: ‘jij móet wel hard werken, want erg slim ben je niet’? Oppassen dus met lof die gespeeld of gratuit aanvoelt. Want dat doorprikt een leerling meteen. 

Een ander pervers effect dat op de loer ligt: growth mindset gelooft in de maakbaarheid van succes. Maar wat als je keer op keer niet slaagt? Ligt het dan aan je mindset? Deed je te weinig je best, moet je gewoon wat harder geloven dat het wél kan? Zo leg je de verantwoordelijkheid voor succes of falen volledig bij de leerling. En dat kan wegen.  

“Absoluut een aandachtspunt”, geeft Wouter Duyck toe. “Genetische intelligentieverschillen zijn er nu eenmaal. Net dan komt het metier van de leraar boven: iemand die je motiveert om het hoogst haalbare na te streven, binnen jouw capaciteiten. Ik zal zelf nooit een marathon winnen.  Wie zegt dat er een loopwonder in me schuilt als ik er maar hard genoeg in geloof, houdt me voor de gek. Maar die kilometers uitlopen aan een rustig tempo? Met een competente trainer en de juiste voorbereiding wordt dat een haalbare kaart.”

“IQ is ongeveer voor de helft erfelijk. Op die andere helft heb je als leraar een gigantische impact. Daar zit voor mij de kracht van growth mindset: blijven geloven in de maakbaarheid van je leerlingen. En in het vermogen van ons onderwijs om kansen te creëren, om voor sociale mobiliteit te zorgen. In de jaren 60, 70 en 80 speelden we dat wel klaar. Maar vandaag is onderwijs te weinig een kansenmachine. En dat zit volgens mij tussen onze oren.” 


Wouter Duyck over de valkuilen en kansen van Growth mindset

“Vandaag is onderwijs te weinig een kansenmachine”

Wouter Duyck – hoogleraar cognitieve psychologie


Paplepel

“Een conclusie die uit verschillende onderzoeken naar voren komt: kinderen uit een kwetsbare thuissituatie kijken vaker met een fixed mindset”, weet Naomi de Ruiter. “Misschien ligt het eraan dat ze al met de paplepel meekregen dat iets niet mogelijk is.  En dus besluiten dat het geen zin heeft om er je best voor te doen, terwijl kansrijke kinderen zien hoe hun ouders uitdagingen aangaan, kansen krijgen en successen halen”, oppert Wouter Duyck.

“Waar die link tussen een fixed mindset en een kwetsbare thuissituatie vandaan komt? Daar bestaat geen onderzoek naar”, nuanceert Naomi De Ruiter. “Wat telt, is het besef dat je dat fatalisme als leraar kan keren. Want dat blijkt wel uit onderzoek: growth mindset interventies hebben meer impact op leerlingen in kansarmoede.” 

“Gek genoeg duikt die fixed mindset ook op bij erg intelligente kinderen”, vult Marie Van Driessche aan. “Omdat ze zo goed scoren op school, krijgen ze al op jonge leeftijd vaak te horen hoe slim ze zijn. Tot ze voor het eerst struikelen over een opdracht.”

“Dan bekruipt hen de angst om te falen of een domme vraag te stellen. Ze hebben immers nooit ondervonden dat een fout niet erg is, en dat je eruit kan leren als je doorzet. Dus concluderen ze dat ze duidelijk niet meer zo slim zijn. Sommige kinderen lopen helemaal vast in zulke gedachten. Daar moet je écht op tijd bij zijn.”

Glazen stolp

Rest de vraag of growth mindset te rijmen valt met duidelijke feedback. Want met die ‘je kan het nog niet’ lijkt de kans reëel dat we een moeilijke boodschap te zacht verpakken. 

“Dat je niet in alles goed kan zijn, mogen leerlingen best horen”, brengt Marie Van Driessche in. “Als je onder de mat veegt dat hun analytisch vermogen te beperkt is voor zware wiskunde, bouwen ze samen met hun ouders misschien luchtkastelen die gedoemd zijn om op een dag toch in elkaar te storten.”  

“Maar tegelijk zeg je wel: dat wiskunde je minder ligt, betekent niet dat ik niks meer van je verwacht voor dit vak. Dus gaan we samen voor het hoogst haalbare. Ook al scoort je buur een hoger cijfer met minder moeite.”

“Eerlijke feedback, dáár draait het om. Want die leidt tot groei. Het heeft geen zin om kinderen onder een stolp te plaatsen en hen tegenslagen te besparen. Wie eens huilt of ontgoocheld is, wint aan veerkracht en groeit. Als jij tenminste naast dat kind staat. En duidelijk maakt: samen slaan we ons hier wel doorheen.” 

Seppe Goossens

Voeg dit artikel toe aan je bewaarde artikels

Log in om te bewaren


Laat een reactie achter